Dit artikel is voor het laatst geupdate op 25 oktober 2023 door Kimberly
Apporteren is het terugbrengen van een voorwerp. Maar hoe leer je een hond apporteren? Sommige honden staan bekend als apporterend zoals retrievers en spaniëls maar het is zeker niet alleen aan hen voorbehouden. Nagenoeg elke hond kan leren apporteren. De oefening apporteren bestaat uit twee delen: vast houden en los laten. Omdat puppy’s van nature graag van alles in hun bek stoppen kun je een hond van jongs af aan al leren apporteren.
Benodigdheden bij het aanleren van apporteren
Natuurlijk de hond, een halsband, lijn, voorwerp A, voorwerp B, eventueel voertjes, genoeg tijd en geduld. LET OP: de voorwerpen moeten geschikt zijn voor de hond/pup om vast te houden bij voorkeur zijn favoriete speeltje (B) en op-een-na favoriete speeltje (A).
Leg deze op een tafel of stoel binnen handbereik maar buiten bereik van jouw hond. Lijn jouw hond aan en houd de lijn vast (ook in huis). Ga zelf op een stoel zitten of op de grond als je een pup of kleine hond hebt.
Stap 1: het aanleren van LOS
Je geeft jouw hond voorwerp A (zijn op-een-na favoriete speeltje). Jouw hond mag het even vast houden maar er niet mee aan de wandel gaan (daarom heb je hem ook aangelijnd).
Vervolgens laat je voorwerp B zien (zijn favoriete speeltje). Zodra hij voorwerp A los laat zeg je LOS. Let op de timing: je zegt pas LOS als hij daadwerkelijk zijn kaken van elkaar doet en niet eerder! Je geeft hem vervolgens voorwerp B als beloning. Je mag voorwerp B ook vervangen door voer.
Lees ook: Top 15 keer de beste hondensnacks
Product advies
Vervolgens herhaal je de oefening door voorwerp B weer te ruilen voor voorwerp A of iets lekkers waarbij je steeds LOS zegt op het moment dat de kaken van elkaar gaan. Herhaal dit hooguit 5 keer per trainingssessie en stop dan alle voorwerpen weg. Deze blijven in jouw bezit en komen alleen voor de oefening tevoorschijn.
Honden die moeilijk vasthouden
Als jouw hond niet graag iets vast pakt, ga dan op zoek naar iets wat zacht is. De meeste honden willen dat wel aanpakken. Desnoods een oude handdoek of pannenlap. Je kunt de interesse verhogen door er even mee te spelen met jouw hond (zachtjes heen-en-weer trekken, nooit op-en-neer).
In de regel zullen honden die moeilijk iets vast pakken ook snel loslaten. Ruil dan met een soortgelijk voorwerp of als de interesse van jouw hond heel laag is, ruil dan met voer. Bij voorkeur iets super-lekkers zoals kaas of worst.
Honden die makkelijk vasthouden
Honden die makkelijk vasthouden zijn in de regel wat moeilijker met loslaten. Geef de hond dan een minder aantrekkelijk voorwerp om vast te houden (bijvoorbeeld van harder materiaal) en ruil voor een aantrekkelijk voorwerp (van zacht materiaal).
Doe geen trekspelletje want dit verhoogt de behoefte tot vasthouden. Vooral bij deze honden is het belangrijk dat ze niet weg kunnen rennen met het voorwerp. Maak het spannender door steeds te ruilen voor iets wat nog aantrekkelijker is. Sluit de oefening af met het ruilen tegen voer anders komt er nooit een einde aan de oefening.
Stap 2: het controleren of het los commando begrepen is
Nu ga je controleren of hij het woord LOS begrijpt. Je gaat nu jouw hand(en) met de palm(en) naar boven onder zijn bek houden als hij voorwerp A vast heeft en zegt LOS. Als hij het voorwerp uitspuugt is hij natuurlijk een knappe hond en krijgt hij zijn beloning (voorwerp B of voer).
Ga niet proberen het voorwerp uit zijn bek te halen! Dit heeft vaak een averechts effect. De hond zal dan proberen om nog harder of langer vast te houden. Hij moet het uit eigen wil loslaten en daarvoor een beloning krijgen.
Deze stap lijkt dus heel erg op stap 1 met twee heel belangrijk detailverschillen
Bij stap 1 zeg je LOS nadat hij het voorwerp heeft losgelaten en bij stap 2 zeg je LOS als hij het voorwerp nog vast heeft.
Bij stap 1 laat je het te ruilen voorwerp (of voertje) zien voordat hij loslaat en bij stap 2 laat je het te ruilen voorwerp (of voertje) pas zien nadat hij ook daadwerkelijk heeft los gelaten.
Maak niet de fout door te vroeg naar stap 2 te gaan. De hond zal dan snel het verschil tussen VAST en LOS niet meer begrijpen.
Stap 3: het aanleren van vast
Je houdt het voorwerp voor zijn neus en wacht tot jouw hond het pakt. Op dat moment zeg je VAST. Je zegt pas VAST als hij daadwerkelijk zijn kaken om het voorwerp heeft en niet als hij er alleen maar naar kijkt of aan snuffelt. Kies ook hier weer een voorwerp wat jouw hond graag vast pakt maar niet zijn favoriete speeltje.
Je kunt nu het VAST en LOS gaan combineren. Laat een voorwerp zien en zeg VAST als hij het vast pakt en ruil voor een ander voorwerp (of voertje) en zeg LOS als hij het los laat. Oefen dit bij voorkeur verschillende keren op een dag waarbij je steeds VAST roept zodra hij ook spontaan iets in zijn bek neemt.
Stap 4: Los + Vast = Apporteren
Wanneer het verschil tussen LOS en VAST duidelijk is voor jouw hond kun je hem een stukje laten lopen met het voorwerp (altijd naar jou toe). Je gooit een voorwerp een klein stukje weg (jouw hond is nog steeds aangelijnd) en zegt VAST. Als je stap 3 goed hebt doorlopen zal jouw hond het voorwerp vast pakken. Doet hij het niet, dan ga je te snel en moet terug naar de vorige stap.
Vervolgens roep je de naam van jouw hond, nodigt hem uit bij je te komen (gebruik hiervoor bij voorkeur geen stemcommando), houd jouw handen onder zijn bek en zeg LOS.
Als beloning gooi je opnieuw het voorwerp een stukje weg en herhaal je bovenstaande. Je kunt nu de afstand steeds verder vergroten en zelfs buiten, zonder afleiding, gaan oefenen. Houd wel altijd de lijn vast of zorg dat je op de lijn kunt gaan staan zodat jouw hond nooit met het voorwerp in zijn bek weg kan lopen.
Stap 5: het resultaat
Wanneer hij een voorwerp gaat halen (VAST) en terug brengt (LOS), is hij aan het apporteren. Als dit vlot gaat kun je volstaan met het commando APPORT waarbij je dus twee commando’s aan elkaar koppelt. Als jouw hond dit graag doet, hoef je uiteindelijk niet meer te ruilen voor een ander voorwerp. Hij haalt dan zijn beloning uit het nog een keertje mogen apporteren.
Wanneer je de oefening op deze manier opbouwt kun je van een pup van 10 weken al een perfect apporterende hond maken. Puppy’s nemen graag voorwerpen in hun bek. In plaats van het proberen af te pakken, haal je hem naar je toe en beloont hem door zijn “prooi” te ruilen.
Aandachtspunten bij het apporteren
Het aanleren van LOS en VAST werkt heel nauwkeurig. Helaas leren honden vaak vasthouden op het commando LOS omdat het gezegd wordt op het moment dat ze iets vast houden. Honden associëren dingen die gelijktijdig gebeuren.
Dit stappenplan is niet iets dat je in een paar uur doet. Van jouw hond een perfecte apporteur maken heeft echt wel tijd nodig. Bij sommige honden kan er weken overheen gaan. En eerlijk is eerlijk, sommige honden zullen nooit apporteren.
Bepaalde rassen die graag vasthouden (herders, terriërs) zullen vaker moeite hebben met loslaten. Rassen die niet graag vasthouden (poolhonden) zullen nooit apporteer-kampioenen worden. Maar alle puppy’s rennen achter beweging aan dus hier kun je wel mooi gebruik van maken.
Voordeel voor jou
Volg de stappen zoals hier beschreven en je hebt binnen no time een apporteur in huis. Die de krant voor je haalt, jouw sloffen en ’s avonds het speelgoed van de kinderen opruimt. Niet omdat het moet maar omdat hij het zelf zo leuk vindt. Honden die graag apporteren kun je goed gebruiken in het huishouden. Je maakt van jouw huishond dan een hulphond.
